Het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) heeft laten weten de noodopvang voor asielzoekers in voormalig zorgcentrum De Baenje in Sittard te gebruiken.

 Donderdag 11 november wordt de noodopvang in gebruik genomen door asielzoekers uit landen waar het op dit moment onveilig is door oorlog en geweldplegingen, zoals in Afghanistan. Bij aankomst in Nederland zijn de mensen opgevangen in Ter Apel, waar alle vluchtelingen worden geregistreerd. Die centrale opvang is door de grote stroom aan vluchtelingen overbelast. COA heeft alle provincies gevraagd noodopvang beschikbaar te stellen.

De maximaal veertig mensen die donderdag 11 november in Sittard arriveren, zullen tot uiterlijk 8 december in het voormalige zorgcentrum verblijven. Om hoeveel mensen het precies gaat, is pas duidelijk op donderdag 11 november als de groep arriveert. Er kunnen 17 kamers van het complex worden gebruikt. Het COA probeert bij de samenstelling van de groep mensen die hier tijdelijk wordt ondergebracht rekening te houden met een evenredige mix van gezinnen en alleenstaanden.

De mensen die in de Baenje verblijven worden opgevangen door medewerkers van ZOwonen en de gemeente Sittard-Geleen. Zij zijn van de vroege ochtend tot ’s avonds aanwezig. Daarnaast is er 24 uur per dag professionele begeleiding aanwezig. Omwonenden zijn per brief geïnformeerd over de ingebruikname van het pand als noodopvang. De voornamelijk studenten die nu via leegstandsbeheer van Ad Hoc in het complex wonen, kunnen er blijven wonen. Ook zijn er medewerkers van Ad Hoc aanwezig. Tijdens het verblijf wordt ervoor gezorgd dat de bewoners aan activiteiten kunnen deelnemen.

“Ik kan me voorstellen dat dit vragen oproept bij mensen, met name de mensen die in de omgeving wonen of werken. Daarom is er voor omwonenden een e-mailadres en telefoonnummer beschikbaar voor vragen, klachten of opmerkingen”, zegt wethouder Kim Schmitz (Integratie). “We hopen dat mensen begrip kunnen opbrengen voor een situatie die is ontstaan uit nood. De mensen die hier donderdag aankomen, zijn hier niet omdat ze graag naar Nederland wilden. De gemeente, maar ook ZOwonen, Zuyderland en Ad Hoc voelen en nemen de maatschappelijke en vooral menselijke plicht hen te helpen.”