Na corona lijken veranderingsprocessen in de Limburgse muziekwereld zich versneld te voltrekken. Dat wordt duidelijk uit gesprekken die het programma EuregioToer Radio bij Streekomroep Bie Os – Westelijke Mijnstreek voerde. Zo is Fanfare De Maasoever uit Roosteren onlangs na 137 jaar omgevormd van een fanfareorkest naar een muziekcollectief waarin ook ruimte is voor andere, en vaak populairdere muziekstijlen. Voor het traditionele fanfareconcept kreeg men binnen het gezelschap de handen niet langer op elkaar, vertelde Rob Pustjens, vicevoorzitter van de vereniging in de uitzending. Vooral de jongere leden zagen het niet meer zitten om nog processies te lopen of om deel te nemen aan concoursen: “Aangezien we een relatief jonge bezetting hebben qua leden was het snel duidelijk dat er iets moest veranderen. Daarnaast bleek de vereiste fanfarebezetting voor een kleine vereniging als die van ons niet langer rond te krijgen”. Bart Nijs, secretaris van de Limburgse Bond van Muziekgezelschappen (LBM) constateert dat een dergelijke ontwikkeling niet alleen in Limburg, maar in heel Nederland tegenwoordig vaker opgeld doet. Hij noemt het lovenswaardig dat het bestuur van Roosteren samen met de leden dit signaal hebben opgepakt, en er onderling uitgekomen zijn. Hij beschouwt Roosteren dan ook als een voorloper in de regio wat betreft deze ontwikkeling. Nijs hoopt dat verenigingen dit soort concepten vaker gaan omarmen.

Vicevoorzitter Pustjens stelt dat het eigen muziekcollectief, verandering of niet, in de toekomst overigens gewoon in het dorp zichtbaar zal blijven, of dat echter ook op straat zal zijn is nog niet duidelijk: “We gaan het in elk geval op een andere manier doen.” De processie is daarbij in Roosteren door de pastoor al zelf afgeschaft wegens te weinig belangstelling. Bij de carnavalsoptocht zal de voormalige fanfare straks acte de préséance geven middels een zaate hermenie die vanuit het collectief werd opgericht. Andere fanfareleden kunnen zich daarbij aansluiten. Vraag is wel, mochten alle korpsen de weg van Roosteren bewandelen of er dan geen sprake van een verarming en verschraling van de Limburgse muziekcultuur? LBM-secretaris Bart Nijs wil dat niet zo stellen: “Er zullen vast ook korpsen zijn die vasthouden aan de meer klassieke aanpak, en ook dat is goed, mits de keuze maar breed gedragen wordt binnen de betreffende vereniging”. De verwachting van Nijs is echter wel dat meer korpsen elementen zoals die van Roosteren zullen overnemen, maar dat door variatie er vervolgens ook een veelkleuriger muzieklandschap kan ontstaan.

In Roosteren wordt volgens Pustjens inmiddels positief gereageerd op de veranderingen. Ook is de vicevoorzitter blij met de reactie van de LBM. Binnen de HaFa-wereld zelf wordt eveneens positief gereageerd, aldus Pustjens: “Meerdere korpsen signaleren dezelfde ontwikkelingen binnen hun eigen geledingen. De trigger voor ons is gewoon dat er over vijf of tien jaar nog steeds een muziekvereniging in Roosteren moet zijn”. Tot slot verwacht LBM-secretaris Nijs dat er tegen pakweg 2040 toch ook nog wel verenigingen zullen zijn die bijvoorbeeld nog steeds traditionele processiemarsen zullen spelen, en verwijst daarbij onder andere naar de bronktradities in Eijsden en Mheer: “Zolang tradities in een bepaalde gemeenschap breed gedragen worden zie ik daar wel ruimte voor, als LBM zullen we zelf overigens ook een beetje van de regeltjes en reglementen af moeten.”

In dezelfde uitzending kwam ook L1-OLS-verslaggever John Bannier uit Spaubeek aan het woord. Hij ziet binnen de Limburgse schutterswereld momenteel ook wel wat minder animo, waarbij corona volgens hem waarschijnlijk de trigger is voor zowel een aantal oudere als jongere leden om het voor gezien te houden. Bannier bevestigt daarbij het beeld dat schutterijen die het voor corona het al goed deden, dat veelal nog steeds doen, maar dat de wat zwakkere schutterijen het toch vaak lastiger hebben gekregen. Tegelijkertijd waarschuwt de OLS-veteraan er enigszins voor om de HaFa-wereld volledig met de schutterijen te vergelijken: “Wanneer je als kind in een schuttersgezin wordt geboren, ben je vaak vanaf de geboorte al lid”. Het grote probleem is volgens Bannier echter om jonge aanwas voor de schutterijen te krijgen buiten de gevestigde kringen. Hij vreest dan ook dat het naar de toekomst lastig wordt om alles op peil te houden: “Dat wordt echt een grote uitdaging voor de nieuwe, vrouwelijke OLS-president”. Zelf zegt Bannier geen echte suggesties te hebben voor de toekomst: “Het is heel simpel, je houdt ervan of niet, en ik hou van de schutterscultuur, daarom ben ik ook nog steeds op dat vlak actief voor L1”

Marcel Boreas