Misschien ken je ze wel, de huiskamers en buurtcentra die de afgelopen jaren in verschillende wijken zijn opgezet door inwoners. Dit zijn plekken in de buurt waar je terecht kunt voor bijvoorbeeld een kopje koffie en verschillende wijkactiviteiten. In sommige gevallen kun je er ook terecht voor informatie en advies van instanties zoals Partners in welzijn, MEE, Steunpunt Mantelzorg en de woningcorporaties.

Wethouder Frank Dassen (DOP): “Ontmoetingsplekken vinden we belangrijk in onze gemeente. De raad heeft op 15 december 2022 besloten om deze waardevolle locaties in de wijk doorlopend te financieren. We zien namelijk een toenemende behoefte aan ontmoeting en activiteiten in de wijk, onder andere door de ouder wordende inwoners. Maar ook jongeren hebben aangegeven dit soort plekken belangrijk te vinden.”

Door de continue financiële bijdrage hebben de beheerders van deze locaties meer zekerheid over de vergoeding van onkosten, zoals huur en vaste lasten.

Ook heeft de raad via het adviesrapport Laagdrempelige ontmoetingslocaties (PDF, 1.0 MB) ervoor gezorgd dat voor iedereen duidelijk is wat er mogelijk is op deze locaties, waar ze liggen en welke stappen in de toekomst worden gezet om de locaties verder te ontwikkelen. Het advies is tot stand gekomen in samenwerking met de beheerders.

In het adviesrapport zijn de verschillen tussen de soorten ontmoetingslocaties beschreven. De ontmoetingslocaties variëren namelijk in grootte en aanbod. Zo kan er in een ‘buurtcentrum+’ meer dan in een ‘buurtcentrum’ of in een ‘huiskamer’. En een verschil tussen MFC’s en buurtcentra is bijvoorbeeld dat MFC’s door ondernemers worden beheerd. Dit zijn dé plekken voor wijkoverstijgende verenigingsactiviteiten en commerciële activiteiten zoals feesten en partijen. Terwijl buurtcentra en huiskamers worden beheerd door de wijkbewoners zelf en de activiteiten wijkgebonden zijn.

Wethouder Joep Ummels (accommodaties): “We streven naar toegankelijke locaties die aansluiten bij de verschillende behoeften van onze inwoners, ondernemers en verenigingen. Het adviesrapport helpt ons hierbij. Daarnaast willen we voorkomen dat de diverse locaties met elkaar concurreren. En dat ze elkaar juist aanvullen en versterken.”