De Westelijke Mijnstreek maakt weinig kans om als vestigingsplaats te dienen voor een wolf of een wolvenroedel. Dat vertelde de Belgische wolvenkenner Jan Loos in het programma EuregioToer Radio bij Streekomroep Bie Os. Aanleiding voor het gesprek vormde het boek “In het spoor van de Wolf” dat Loos schreef.

Volgens de auteur maken ook andere delen van Zuid-Limburg weinig kans om wolven te herbergen. “De oorzaak is dat de groengebieden er te versnipperd zijn. Een wolf heeft namelijk behoefte aan grotere aaneengesloten stukken natuur. Dat verklaart ook het succes van het dier in Belgisch Limburg”. Toch is het volgens de Vlaming absoluut mogelijk dat ook in onze contreien wolven opduiken, bijvoorbeeld als ze op doorreis zijn. “Dan zijn wolven ook het meest gevaarlijk aangezien ze qua prooi op zo’n moment alles pakken wat ze tegenkomen. Wolven leven het liefst van wild, maar op doorreis weten ze niet waar ze dat moeten vinden”.

Ondanks de slachtoffers die de wolf maakt, zijn volgens Loos de meeste Nederlanders en Belgen positief over het dier. Dat er inmiddels in Belgisch Limburg betogingen tegen de wolf hebben plaatsgevonden doet daar volgens hem niets aan af: “Vergelijk het met corona, die betogingen lokken soms ook veel volk, maar een meerderheid van de bevolking staat wel nog steeds achter het coronabeleid van de overheid”.

Dat de wolf het steeds beter doet en vaker voorkomt in een maatschappij die steeds drukker wordt, en waarbij de biodiversiteit onder druk staat, verklaart Jan Loos door een combinatie van factoren: “De wolf is een enorme opportunist, die kansen weet te benutten. Tel daarbij op dat er nooit eerder zoveel (beschermde) prooidieren voor de wolf waren”. Er zijn volgens de Vlaams wolvenkenner dan ook meer redenen om verheugd te zijn over de komst van de wolf, hij houdt de prooidieren gezond, omdat wolven zieke en verzwakte dieren pakken. En bepaalde struikgewassen kunnen zich beter ontwikkelen, omdat prooidieren zoals herten in sommige gebieden niet meer durven te grazen.

En er blijkt nog volk op komst te zijn, zo besluit Jan Loos. Daarmee doelt hij op de goudjakhals, die hier nog nooit is voorgekomen. Het dier ziet eruit als een miniwolf en komt uit Zuidoost Europa. De goudjakhals is in staat zich te vestigen in gebieden die te klein zijn voor de wolf zoals Zuid-Limburg, en breidt momenteel zijn leefgebied uit. Het verhaal is dus nog niet verteld, aldus de auteur.

Meer info via: www.wolvenboek.nl